Kennislab

Vind relevante kennis, tools, naslagwerken en leerervaringen uit ons netwerk

Terug

Interview René Cuperus: ‘Gezondheid als zelfredzaamheidsillusie?’

26 oktober 2022

Alleen met de menselijke maat kunnen we voorkomen dat Nederland afhaakt, aldus René Cuperus. Cuperus is columnist en specialist internationale politiek. Hij is verbonden aan Internationaal Instituut Clingendael en was strategisch adviseur van het programma ‘Democratie in Actie’ van VNG en Ministerie van Binnenlandse Zaken. Samen met Josse de Voogd publiceerde Cuperus dit jaar de Atlas van afgehaakt Nederland. Aan de hand van factoren als stemgedrag, armoede, opleiding en gezondheid brengen ze geografisch de groeiende kloof in beeld tussen ‘buitenstaanders en gevestigden’.

Waarom moest deze Atlas er komen?

Cuperus: ‘Vanuit een soort alarmgevoel dat de samenleving uit elkaar valt. Ons angstbeeld zijn Frankrijk en met name Amerika. Onder Donald Trump hebben we kunnen zien dat de samenleving in vijandelijke kampen is opgedeeld, waar geen compromis meer tussen mogelijk is. Dat is ook ons angstbeeld voor de toekomst van Europa: een samenleving die door harde tegenstellingen, nieuwe scheidslijnen en polarisatie uit elkaar valt. Zo is er een kloof tussen mensen die vinden dat het de goede kant op gaat met Nederland of dat het juist de slechte kant opgaat. Een kortsluiting tussen hoog en middelbaar opgeleiden en tussen de Randstad en de regio’s. Uit zorgen daarover en om beleidsmakers te waarschuwen zodat ook de rest van Nederland meekomt, is de Atlas ontwikkeld. Met de Atlas willen we bijdragen aan het debat over maatschappelijke en regionale verschillen. Het is nodig om te begrijpen wat polarisatie langs nieuwe scheidslijnen kan temperen.’

Wat versta je onder afgehaakt?

‘Afgehaakt Nederland is niet helemaal zelf verzonnen, het komt van een oud rapport van de Commissie Remkes. Zo’n vijf jaar geleden was er een staatscommissie parlementair stelsel met daarin het harde statement dat een derde van Nederland is afgehaakt of dreigt af te haken van de parlementaire democratie. Die groep ervaart dat het systeem niet meer voor hen werkt. Grote delen van Nederland hebben het gevoel niet te worden vertegenwoordigd in de politiek, in de beleidswereld of in bestuurlijk Nederland. Of dat ze er niet door gerespecteerd worden. Het kan sociaal economisch redelijk gaan maar je hebt toch het gevoel dat je in Groningen, Friesland of in Limburg niet meetelt in de toekomst van Nederland. Daar gaat het gevoel van afgehaakt Nederland over: doen we nog mee, tellen we nog mee, worden we nog gezien en worden we nog gerespecteerd.’

Welke conclusie kun je trekken uit de Atlas, welke patronen heb je gevonden?

‘Hoe verder van de randstad, van grote steden, hoe meer afgehaakt mensen zich voelen. Dit is meer dan een onderbuikgevoel, het is reële verandering ten nadele van hun wereld. Het gaat om de krimpgebieden van Nederland, dorpen waar de laatste school of supermarkt weggaat. Waar de ondernemende mensen of succesvolle jongeren wegtrekken en niet meer terugkomen. Wel is het complexer dan alleen randstad en regio. In de regio heb je hele booming steden en gebieden, zoals stad Groningen, terwijl je in de Randstad afgehaakte plaatsen hebt, zoals IJmuiden.‘

Wie zijn er afgehaakt?

‘Verrassend uit de Atlas komt dat gezondheid een harde factor blijkt te zijn bij stemgedrag. Veel mensen die ongezond zijn, lijken afgehaakt, wat vooral betekent dat je niet op de gevestigde politiek stemt of helemaal niet meer stemt. Daarbij maken we onderscheid tussen buitenstaanders en gevestigden. Zo nuanceren we het woord ‘afgehaakt’, anders klinkt het alsof het de schuld is van de mensen zelf. Het zijn meer ‘tot afgehaakt gemaakten’: weggeduwde mensen door de maatschappelijke ontwikkeling in de samenleving, waar zij verliezers van zijn. Denk aan beroepen en tradities getroffen door moderne ontwikkelingen, zoals de boeren die door de klimaat- en stikstofcrisis worden getroffen. Daar zit onbehagen onder en leidt tot afgehaaktheid en het gevoel dat je er niet toe doet.’

Door welke maatschappelijke ontwikkelingen zijn er mensen ‘afgehaakt gemaakt’?

‘Door langdurige trends als globalisering, individualisering, de opmars van hogeropgeleiden in politiek, media en organisaties, door het proces van migratie. Onze samenleving is in sneltreinvaart enorm veranderd, en niet iedereen heeft daar van kunnen profiteren. Niet kunnen leren betekent automatisch een probleem hebben met de kennissamenleving van vandaag. De druk voor kinderen om naar havo/vwo te gaan terwijl vmbo in het verdomhoekje zit, maakt dat de samenleving in kansrijken en kansarmen uit elkaar valt. Dat heeft te maken met globalisering, en met het feit dat Nederland een postindustriële kenniseconomie is geworden. De flexibilisering van de arbeid vormt een stressfactor en een ongezondheidsfactor voor ‘de onderkant’ van de samenleving, zoals voor de koffersjouwers op Schiphol.

We zitten in een tijd van transities. Dat scheidt mensen die goed met verandering om kunnen gaan van mensen die slecht tegen verandering kunnen. Bij genoeg sociaal financieel en cultureel kapitaal kun je beter tegen verandering. Als je slecht in je schoenen staat dan is elke transitie een bedreiging in plaats van een kans. Niet iedereen zit dus positief in de wedstrijd. Er is een clash over de toekomstkoers van Nederland waarbij een groot deel het gevoel heeft dat het niet de goede kant op gaat met ons land. De clash is een belangrijke factor bij de ontwikkeling waarbij tegenstellingen ontstaan.’

De gezondheidskaart is dé politieke kaart van Nederland’, zei Josse de Voogd tegen de Volkskrant. Hoe zie je het verband tussen gezondheid en stemgedrag?

‘Gezondheid is een soort maatschappelijke alarmbel. Ongezondheid laat als een barometer zien waar zich maatschappelijke problemen voordoen, waar we iets aan moeten doen. In Zaanstad bijvoorbeeld zijn het precies de wijken met de slechtste gezondheid waar het minst wordt gestemd. De tragiek is dat de mensen die de overheid en de politiek het meest nodig hebben het minst stemmen. En nog tragischer: hoe meer je in de systemen van de overheid zit hoe negatiever de ervaringen vaak zijn. In plaats van een gevoel van bescherming (wat zou moeten in onze verzorgingsstaat), levert overheidscontact te veel een gevoel van krenking op.
Het is een mythe dat alleen je eigen levensstijl je gezondheid bepaalt. Daar spelen veel meer factoren, zoals sociale en omgevingsfactoren. Ongezonde mensen wonen vaak bij fabrieken of een snelweg. Of zijn ongezond door overlevingsstress. Hebben te maken met vies en onregelmatig werk.

Tijdens de coronacrisis hebben we dat kunnen zien: de scheiding tussen hen die achter hun laptop veilig thuis konden werken, en zij die onder de mensen moesten, als schoonmaker, arbeider in de melkfabriek of als buschauffeur, en daardoor vaker corona opliepen. Het gaat om een complexe combinatie van individuele en sociale factoren, die maken dat de mensen die aan de onderkant van de samenleving moeten functioneren ook ongezond zijn en een lagere levensverwachting hebben. Het is daarom een politiek fenomeen geworden. Daar waar mensen ongezond zijn ontstaat het grootste onbehagen tegen het politieke establishment.’

Welke hoopvolle boodschap draagt de Atlas uit?

‘We hebben vastgesteld dat er dwars door Nederland een, wat wij noemen, Burgerschapszone loopt; vooral in Noord Oost-Nederland. Daar is de gemeenschapszin heel goed ontwikkeld. Gezondheid, welzijn (brede welvaart) en geluk is er veel groter dan in de rest van Nederland. Men helpt elkaar, er is sociale samenhang, weinig obesitas, er wordt meer aan vrijwilligerswerk gedaan, kerken functioneren er vaak nog. In Twente, Noord-Overijssel en Friesland is gezondheid beter dan in de rest van Nederland, ook in gebieden met een relatieve lage opleiding en sociaal-economische status. Die scoren daar veel beter dan je statistische gezien zou mogen verwachten. Zo ben je gelukkiger als werkloze of WAO’er in Meppel dan in Schiedam, om het simpel te zeggen. Een hoopvol verhaal uit de Atlas dat past bij het gedachtegoed van Positieve Gezondheid: de samenleving doet ertoe. Hoe meer sociale samenhang je organiseert hoe gelukkiger mensen worden, ongeacht opleiding of sociaaleconomische status.’

Welke boodschap in relatie tot gezondheidsbeleving baart je zorgen?

‘In Remkes’ laatste rapport over de boerenprotesten benadrukt hij dat we moeten oppassen dat de Randstad en de regio’s niet uit elkaar drijven. De vraag is dan ook: ‘Hoe houden we de samenleving bij elkaar met onderling respect voor opvattingen die anders zijn dan de onze in een wereld van bubbels en woke-ism. Waarin iedereen moeite heeft met opvattingen die anders zijn?’ Mijn zorg is dat het , op zich zeer goed bedoelde, gezondheidsoffensief precies langs de lijnen van polarisatie en tegenstellingen van hoog en laagopgeleiden loopt. Gezondheid dreigt een nieuw element in de culture war tussen hoogopgeleiden en laagopgeleiden te worden.

Waar ik voor waarschuw is dat met name grootstedelijke progressieven niet top-down hun klimaat- en gezondheidsobsessie aan de rest van de samenleving moeten gaan opleggen. Een beschavingsoffensief van hun eigen levensstijl. Vlees en bier radicaal gaan demoniseren of verbieden. Dat zou een riskante populistische backlash kunnen geven. Gevaarlijk, want hoe ga je met respect om met andere mensen die niet 100% gezond willen leven? Hoe ga je met empathie de gezondheidsbeweging lanceren? Gelukkig leven hoeft niet altijd gezond te zijn en andersom. Als je ongezond bent, of in de overleefstand zit, maakt dat de kloof met beleidsmakers die in hun eigen bubbel zitten groter. Wees nieuwsgieriger naar de verschillen in de samenleving.’

Het thema van ons jaarcongres is Onderstroom. Hoe kijk je zelf naar onderstroom en hoe denk je dat aandacht ervoor kan helpen de kloof tussen de leefwereld van bewoners en beleid te dichten?

‘Ik vind jullie thema van de ontregeling van de systeemwereld goed gekozen. De afstand met de leefwereld moet doorbroken worden. Het is goed om voorzichtig te zijn met ict-systemen en algoritmen (Toeslagenaffaire) en terug naar de menselijke maat in plaats van de ‘handige’ ict-systemen waar mensen zich niet door erkend en herkend voelen. De overheid kan weer een menselijk gezicht krijgen. Als het boek van Rutger Bregman klopt (waar ik niet helemaal zeker van ben) en de meeste mensen deugen, dan zouden alle systemen van overheid en beleid heringericht kunnen worden op vertrouwen in plaats van op wantrouwen. Op zo’n manier dat mensen weer het gevoel krijgen dat ze beschermd en geholpen worden. De wereld is onnodig ingewikkeld gemaakt, ingericht vanuit de logica van beleidsmakers. Alle systemen en beleidsregelingen kun je het beste heel radicaal doordenken vanuit de burger, door mensen buiten de bubbel. Het wemelt van regelingen en instanties. Burgers raken totaal de weg kwijt in het bestuurlijk-maatschappelijk labyrint, waardoor er geen gebruik van wordt gemaakt. Neem één persoon, een instantie, aanspreekpunt, één gids die je helpt in dat systeem je weg te vinden en maak het laagdrempelig.’

‘Alle systemen en beleidsregelingen kun je het beste heel radicaal doordenken vanuit de burger’

Jaarcongres Onderstroom

René Cuperus spreekt ook op ons jaarcongres 3 november in Amersfoort.

Atlas van afgehaakt Nederland

Meer weten over de Atlas en meteen bekijken?