Terug

Bewuster bemoeien

12 oktober 2017

Een gezonde leefstijl van kinderen op de basisschool: wie mogen zich daar eigenlijk mee ‘bemoeien’?

Wauw. Begin dit schooljaar was er ineens veel aandacht voor gezond eten en drinken door kinderen. Een beslissing van een basisschool in Tilburg over (verplicht) water drinken. Een paar ouders kwamen in opstand en eentje zei wat grappigs over honden. En zo praatte Nederland minstens een weekend lang over (verplicht) water drinken op school. Maar eigenlijk ging het over een ander gevoelig onderwerp bij gezonde leefstijl van kinderen: wie bemoeit zich daar mee!

Als je het wat breder bekijkt, kwam het ook neer op een belangrijk discussiepunt rond gezonde leefstijl van kinderen: wie mogen zich daar eigenlijk mee ‘bemoeien’? Wie zijn verantwoordelijk voor het gezond opgroeien van een kind?’ Wat mij betreft is het antwoord op beide vragen: in ieder geval die personen die het kind zeer regelmatig zien en een belangrijk deel van de ‘sociale omgeving’ van het kind vormen.

Ouders, familie, vriendjes én leerkrachten

Wettelijk gezien zijn “ouders hoofdverantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van hun kinderen”. Maar in de sociale leertheorie komt naar voren dat kinderen voor een belangrijk deel leren aan de hand van voorbeeldgedrag uit de ‘sociale omgeving’1. Die sociale omgeving bestaat in de kern uit ouders, overige familie, vriendjes én leerkrachten.

In diezelfde sociale leertheorie wordt ook gesteld dat het kind voorbeeldgedrag onder bepaalde omstandigheden zelf ook gaat vertonen. Maar het gaat ook om de houding van die sociale omgeving ten opzichte van gezond eten, drinken en bewegen. Wanneer die een negatieve houding hebben tegenover gezond gedrag zal het voor het kind moeilijk worden om er zelf een positieve houding in te nemen.

Met andere woorden: via voorbeeldgedrag en houding ‘bemoeien’ alle mama’s, papa’s (opa’s, oma’s, verzorgers) én juffen en meesters op school zich al dagelijks met (on)gezond gedrag van kinderen. Daar bewust van zijn, is een eerste stap naar het onderkennen van de eigen verantwoordelijkheid bij het onderhouden en stimuleren van dagelijks gezond gedrag van het kind.

Zoete dranken verbieden?

Je kan verschillende dingen vinden van de beslissing van het verplicht water drinken op de school in Tilburg. Maar zoete dranken verbieden op school, wijst volgens mij in ieder geval wel op een sterk bewustzijn van eigen verantwoordelijkheid. Het is een poging om gezond gedrag te stimuleren door kinderen een gezonde fysieke en sociale omgeving te bieden.

Toch voelde het nemen van die verantwoordelijkheid voor sommigen blijkbaar als een verkeerd soort bemoeien. Ik denk dat er nog één niveau bewustzijn miste: een wederzijdse bewustzijn dat de anderen uit die sociale omgeving dezelfde verantwoordelijkheid ook dragen. Als dat bewustzijn er is, bereik je iets dat ik ‘bewuster bemoeien’ wil noemen: Het stimuleren van gezond gedrag van het kind doen we samen. Thuis en op school.

Open-deur-alarm

Open-deur-alarm, maar bij elke gezamenlijke verantwoordelijkheid hoort samenwerken en samen doen. Recent wees een onderzoek van Ouders & Onderwijs uit dat ouders zeker voor open staan voor samenwerking met de school wanneer het aankomt op gezonde leefstijl van kinderen. “Ouders zien het aanleren van gezonde leefstijl als gedeelde verantwoordelijkheid en willen graag samen met de school werken aan een gezonde leefstijl”.

‘Bewuster bemoeien’ gaat daarbij ook om luisteren naar elkaars meningen en het begrijpen van elkaars houding en beleving rond gezonde leefstijl. Een zelfde geluid komt heel mooi naar voren bij een andere partner van Alles is Gezondheid, de Gezonde basisschool van de Toekomst: “het is heel belangrijk voor ons dat zij [ouders red.] zich gehoord voelen”, aldus één van de projectleiders van de Universiteit van Maastricht.

Ouders in ‘beweging’ krijgen

Terug naar de school in Tilburg, waar we deze blog mee begonnen. Want eerlijk is eerlijk. De directrice van die school gaf ook aan dat de ‘drastische maatregel’ kan worden gezien als opening om opnieuw het gesprek aan gaan. In die zin was het wellicht een dappere daad om ouders (die je normaal misschien niet veel hoort), in ‘beweging’ te krijgen .

Rond de thema’s houding, beleving en ouderbetrokkenheid bij gezondheid en gezondheidsprogramma’s ben ik nauw betrokken bij een onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen. In deze studie, onder leiding van prof. Susanne Tauber, zijn inmiddels zeven focusgroepen met ouders met verschillende achtergronden (SES, westers/niet-westers) uitgevoerd.

Met dit onderzoek en andere initiatieven willen wij een steentje bijdragen aan een effectieve, positieve én leuke samenwerking tussen school, ouders én kind bij dagelijks gezond eten, drinken en bewegen. Hetzelfde geldt voor samenwerking in het geval van interventie en zorg. Wanneer er al zich al problemen rond ongezonde leefstijl voordoen en ook een zorgverlener of andere professional zich er beroepshalve mee zal ‘bemoeien’.

Gezamenlijk ‘bewuster bemoeien’ met het gezond opgroeien van kinderen. Waarschijnlijk voelt het dan al snel niet meer als bemoeien.

1 Bandura, A. (2010). Social foundations of thought and action. In J. Brug, P. van Assema, & L. Lechner, Gezondheidsvoorlichting en gedragsverandering: een planmatige aanpak (p. 83). Assen: Van Gorcum.

Tom Steffens

Tom Steffens van FitGaaf! probeert op speelse wijze te helpen bij de samenwerking tussen school en ouders bij een gezonde leefstijl van kinderen. Onder andere door een kalender met stickers die gezonde acties op school, maar vooral ook thuis stimuleren.