Wijkbewoners samenbrengen voor mooie dingen, hoe doe je dat?
Op 7 november 2019 kwamen zo’n vijftig professionals samen in de Utrechtse Vechtclub XL. Zij vonden inspiratie bij Arjen Heus over Hoodlab in Amsterdam-Zuidoost. “Vanuit kwetsbaarheid kun je echt contact maken.” In de daaropvolgende werksessies zetten deelnemers hun denkkracht in om drie real life cases een stap verder te helpen.
Direct naar de uitgewerkte cases (inclusief inzichten uit werkbijeenkomst):
- Ouderenzorg in Oudewater: tegenwicht aan oplossingsrichting vanuit zorgsysteem
- Utrecht Gezondheidspact: waarderen van een lokaal netwerk zonder Excel bestanden
- Hoe dan: integrale aanpak van eenzaamheid in Zutphen (met de inzet van bewoners)
Buurtmaker Arjen Heus van Plygrnd.city heeft drie mensen meegenomen uit de Amsterdamse buurt Reigersbos: Juanita (projectleider wijkzorg) en wijkbewoners Gerald en Gijs. Zij werkten afgelopen jaar samen met de social designers van Hoodlab (neighbourhood en living lab) om hun wijk mooier en gezonder te maken. Geen appeltje eitje zo blijkt, je mag daarbij ook fouten maken. In Reigersbos wonen tussen de acht- en tienduizend mensen in vier- tot vijfduizend woningen. Delen van de wijk zijn geclassificeerd als een ‘buurt die achterloopt’. Dat betekent niet dat alles daar slecht is, benadrukt Arjen.
Reigersbos: een wijk met ‘uitdagingen’
Gerald woont al 25 jaar in Reigersbos. Hij kent er veel mensen, maar kwam toch de deur bijna niet uit. Tot hij bij de buurtcontainer van Hoodlab in contact kwam met anderen. “Door Hoodlab is er iets losgekomen”, vertelt hij. “Ik kon mijn verhaal kwijt over wat ik heb meegemaakt en waarom ik ben zoals ik ben. Ik heb me kunnen openstellen. Nu zit ik in een praatgroep en een wandelgroep. Ik wandel elke dag. De groep wordt steeds groter.”
Gijs wil als bewoner eigenaar zijn van de buurt. “Met muziek en kunst maak ik makkelijk contact met andere buurtbewoners. Ook sport is een middel om in contact te komen. Als mensen met elkaar in gesprek gaan, komen ze met ideeën.”Hoodlab bracht zes weken door in Reigersbos. Na duizend gesprekken en activiteiten is het resultaat een magazine met verhalen en ideeën van bewoners. “Het gaat allemaal om contact maken”, zegt Arjen. “Je mag kwetsbaar zijn. Vanuit die kwetsbaarheid kun je echt contact maken.”
Op zoek naar de unusual suspects
In Reigersbos was wijkbewoner Gijs al actief en daarmee een usual suspect bij wijkactiviteiten. Gerald was een unusual suspect. Belangrijke vragen zijn hoe je de unusual suspects betrekt en hoe je vraag naar aanbod vertaalt. Hoodlab werkt in vier stappen. Stap 1 is integraal samenwerken. Juanita kan zich daar helemaal in vinden. “Op alle leefgebieden moeten dingen kloppen en de verschillende professionals hebben elkaar nodig. Een bewoner kan heel goed aangeven wat hij nodig heeft. Door met elkaar in gesprek te gaan ben je meer bewust van andere aspecten. Het brengt inzichten en zet aan tot actie.” Bij stap 2 gaat het om luisteren en co-creatie, stap 3 is ontwerpen, schetsen en teruggeven en bij stap 4 is het tijd om beslissingen te maken. Met co-creatie ga je naar mooie resultaten, daar is Arjen van overtuigd. “Wij gaan altijd voor een participatief, integraal en co-creatief traject waarbij je echt naar elkaar luisteren en elkaar echt leert kennen. Daar gaat het om bij een netwerk.”
Maak je daarmee het verschil?
Daar heeft Arjen niet één antwoord op. “Hoe ga je het effect meten? Vooral lange termijn effecten kun je niet aantonen. We kunnen alleen zeggen hoeveel gesprekken we hebben gevoerd en hoeveel kopjes koffie we hebben gedronken. We willen een meetinstrument maken om de impact te meten met een nulmeting en een eindmeting.” Veranderingen in de openbare ruimte zijn uiteraard wel zichtbaar, maar hoe gaat dat verder en hoe krijg je eigenaarschap?” Positieve voorbeelden zijn bewoners die picknicktafels hebben geadopteerd en vijfhonderd wijkbewoners die met schilderingen een onveilige tunnel veiliger hebben gemaakt.
Werk aan de winkel: drie praktijkcases
Nu is het tijd voor de drie werksessies. Niet om in een middag tijd dé oplossing te vinden voor de vraagstukken, maar wel om creatief te denken in een aantal oplossingsrichtingen. Dit heeft geleid tot nieuwe inzichten en mogelijke vervolgstappen.
Bijvoorbeeld bij de case Ouderenzorg in Oudewater van bestuurder Joyce Jacobs van woonzorgcentrum De Wulverhorst. Haar centrale vraag: Hoe kunnen oudere inwoners langer gezond thuis wonen en meedoen in de buurt? En hoe biedt je tegenwicht aan de oplossingsrichting vanuit het zorgsysteem? Tijdens de werksessie ontdekte Joyce dat het begint met kennis en urgentie. “Inwoners zijn zich niet bewust dat zij er iets mee moeten. Hoe je dat passend doet bij de groep waar het over gaat, is voor mij de volgende vraag. Je moet niet ouderen bereiken, maar volwassenen die straks iets nodig hebben. Hoe laat je die daar nu over nadenken? De werksessie heeft weer nieuwe vragen opgeleverd en daar ben ik nu actief mee bezig.”
Bij Gezondheidspact Utrecht bepalen wijkbewoners zélf wat ze willen en kunnen voor een gezond(er) leven. “Hoe toon je de waarde van een dynamisch netwerk of beweging aan zonder stuk te lopen op spreadsheets en cijfers, dat was onze centrale vraag”, vertelt Hedwig Leijten, senior adviseur bij de gemeente Utrecht. “Bij de inleiding van mijn werksessie heb ik gezegd dat ik de vraag overeind wilde houden, maar dat ik vooral hoopte op een goed gesprek en ook graag ervaringen wilde uitwisselen. Het was een gevarieerde groep uit heel Nederland en iedereen dacht constructief en creatief mee. Er was veel herkenning en erkenning en er werd open gesproken over dilemma’s. Resultaatgericht werken heeft niet altijd de gewenste effecten en impact maar de behoefte om ergens concreet aan te werken is er vaak wel. Dat is belangrijk als je samen dingen wil doen en wil leren.”
De integrale aanpak van Netwerk Eenzaamheid Zutphen (NEZ) moet eenzaamheid in de wijk tegengaan met de inzet van bewoners. Hein Reitsma: “De vraag die ik van tevoren had bedacht ging over de uitdaging om als NEZ geen organisatie te worden maar een netwerk te blijven. In de sessie hebben we het echter vooral over een andere vraag gehad. Dat kwam door de presentatie over Hoodlab, voorafgaand aan de werksessies. Ik wilde hier op voortborduren en we hebben besproken hoe je duurzaam verder kunt gaan als je al enkele projecten hebt lopen in een wijk. Onze centrale vraag was wat duurzamer is: meer projecten starten in de wijken of plekken creëren waar mensen kunnen samenkomen. Ik denk dat het in de toekomst niet genoeg is als je als netwerk alleen maar projecten tegen eenzaamheid gaat opzetten en toetsen. Als netwerk heb je plekken en aanknopingspunten nodig om in contact te komen met wijkbewoners. Een soort permanent Hoodlab.”
We kunnen leren van elkaar
Na de werksessies ondertekent Grietje Bekker van Maas en Waal in beweging de pledge en treden ze als zestiende regionetwerk toe tot Alles is Gezondheid. “We willen onze zestien kerkdorpen bewustmaken hoe je gezond en prettig kunt leven. Door verbinding te maken en samen te werken, kom je vooruit. We kunnen leren van elkaar. Daarom sluiten wij ons graag aan. Wat we gaan doen? We organiseren jaarlijks actiesymposium voor 100 mensen uit het hele sociale domein. Ook faciliteren we (nieuwe) initiatieven die te maken hebben met voeding en beweging. En we werken aan bewustwording door in de regio een heldere en laagdrempelige gezondheidsboodschap te verkondigen. Mooi toch?’’.
Tot slot praat iedereen bij tijdens de afsluitende borrel, met of zonder vragen aan de aanwezige social designers.
Kennislab
Benieuwd naar de achtergrond en andere initiatieven op gebied van de gezonde wijkbewoner?